Daar is dan eindelijk weer een recept! Het heeft even geduurd maar dit weekend had ik weer tijd en zin om eens lekker te bakken. Voor het eerst maakte ik bakkersroom en kwam ik er achter dat dat helemaal niet zo moeilijk is. Vandaag deel ik het recept met jullie dat ik gebruikte voor deze Abrikozenvlaai.
Met vlaaien kan je eigenlijk nooit de mist in gaan. Je hebt zoveel varianten en soorten dat er altijd wel iets bij zit wat je lust. Ik ging deze keer aan de slag met abrikozen. Ik maakte het mezelf wel een beetje makkelijk door abrikozen uit blik te kiezen maar dit kan natuurlijk ook met verse (helaas nog geen tijd van het jaar voor nu). Je kunt de abrikozen ook vervangen voor aardbeien, peren, perziken of ananas.
Dit recept komt weer uit mijn favorieten bakboek; ‘ De bakbijbel’.
Wat heb je nodig?
Deeg
250 gr bloem
5 gr gedroogde gist
1/2 tl zout
40 gr boter (kamertamp)
30 gr suiker
1/2 ei
100 ml melk (lauwwarm)
Bakkersroom
500 ml melk
1 vanille stokje
100 gr suiker
2 eidooiers
45 gr maizena
Rest
2 blikken abrikozen
abrikozenjam
amandelschaafsel
Hoe maak je de abrikozenvlaai?
- Meng de ingrediënten voor het deeg allemaal met elkaar tot een soepel geheel. Kneed alle ingrediënten tot een mooie massa deeg. Laat deze een uur op een warme plaats rijzen. Zelf heb ik dit gedaan door het in de zon voor het raam te leggen, afgedekt met een natte theedoek.
- Verwarm de oven voor op 220 graden.
- Giet 450 ml melk in een pan.. Snijd het vanillestokje eerst door midden en schraap het merg los. Voeg zowel het merg als het stokje toe aan de melk. Breng dit aan de kook.
- Doe de overige melk met de suiker en de eidooiers in een kommetje en meng deze door elkaar tot een geheel. Voeg als laatste de 45 gram maizena er door heen en meng dit tot een gladde massa.
- Verwijder als het melk kookt het stokje. Giet de helft van dit mengsel bij op het suikermengsel. Roer het goed door en giet dan het suikermengsel terug in de pan waar de rest van de melk in zit. Breng alles aan de kook. Je merkt dan dat het vanzelf dikker wordt door de maizena die erin zit. Blijf continu doorroeren (spierballen kweken!) voor 1 a 2 minuten.
- Breng het banketbakkersroom in een kom en dek deze strak af met plasticfolie. Laat de room afkoelen in de koelkast.
- Vet een vlaaivorm (28 cm doorsnede). Kneed het deeg nog kort los en rol het dan uit op een bebloemde tafelblad. Rol tot een ronde lap, die ruim over de vlaai heen past. Leg deze op de vlaai vorm en verwijder het overhangende deeg door met een deegroller over de vorm te rollen.
- Klop de banketbakkersroom voor het te gebruiken nog even los. Verdeel het dan over de vlaai.
- Druk dan de abrikozen helften op de banketbakkersroom. Laat de vlaai nog 15 min rusten en plaats hem daarna in de over voor 30 minuten.
- Laat de vlaai hierna goed afkoelen.
- Rooster ondertussen de amandelschaafsel in een pan en verwarm een kleine hoeveelheid abrikozenjam. Deze kun je vervolgens over de de abrikozen strijken. Strooi daarna het amandelschaafsel eroverheen en klaar is de taart!

Laat een reactie achter